Anti-Money Laundering Centre (AMLC)
Het bestrijden van witwaspraktijken is al langere tijd een belangrijk speerpunt van de Nederlandse overheid. Naar schatting wordt er in Nederland jaarlijks 16 miljard euro witgewassen. Om ervoor te zorgen dat de bestrijding van witwaspraktijken daadwerkelijk gebeurd, heeft de staatssecretaris van Financiën de ruimte gekregen om een nieuw systeem te implementeren. In samenwerking met de FIOD is er in 2013 geïnvesteerd in een vernieuwde aanpak van witwasbestrijding. Door opsporingscapaciteiten onder te verdelen in een kennisteam (AMLC) en een uitvoeringsteam (FIOD) kunnen beide partijen focussen op het behalen van de doelstelling; samenwerken om witwassen te bestrijden.
Sinds de oprichting van het platform hebben meer partijen hun krachten gebundeld om witwassen te bestrijden. Onder meer het OM, de politie, banken en accountants verzamelen en analyseren data. Door deze kennis en ervaringen te delen kunnen de teams operationeel samenwerken. De instanties sporen witwasverbanden op, herkennen criminele routes, en sporen deze vervolgens op. Dit wordt verbeterd of ontbonden door verschillende FIOD-opsporingsteams. Doordat de FIOD deze taak overgenomen heeft, is er voor de AMLC-ruimte om zich verder te ontwikkelen tot het kennis- en expertisecentrum rondom witwaspraktijken.
Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (FIOD)
Minister Lieftinck heeft in 1945 de FIOD ingesteld als de opsporingsdienst van de Nederlandse Belastingdienst. Voor de indiensttreding van de FIOD had de belastingdienst wel de afdeling inlichtingen, maar werd er vrijwel niets gedaan om fraude te voorkomen. Destijds werd fraude slechts behandeld als administratieve taak die een inspecteur uitvoerde. Wanneer er sprake was van fraude, werd dit afgedaan met een boete. Ten tijde van de oprichting bestond de FIOD uit drie afdelingen; de douane recherchedienst, de opsporingsdienst en de inlichtingendienst. Later kwam daar een vierde afdeling bij namelijk, de afdeling effectenzaken.
Inmiddels is de FIOD flink in omvang en taken gegroeid. Zo werken er ruim 1500 mensen, verspreid over 14 locaties in Nederland. De opsporingsdienst bestaat uit divers opgeleide rechercheurs, project- en teamleiders. Alle opsporingsambtenaren zijn bevoegd tot het opsporen van alle strafbare feiten. Wanneer de FIOD een redelijk vermoeden heeft van fraude dan kan het opsporingsteam (in overleg met het Functioneel Parket) een onderzoek starten. Bij een opsporingsonderzoek van het Functioneel Parket treed het OM op als opdrachtgever van het onderzoek. Het opsporingsteam richt zich op de volgende zaken:
- fiscale fraude;
- financieel-economische fraude;
- douanedelicten;
- voorkoming van financieren van terrorisme;
- corruptiebestrijding; en
- opsporing van grondstoffen van xtc en het opsporen van xtc-laboratoria.
Themagericht & projectmatige werkwijze
In de basis is de werkwijze van de AMLC hetzelfde als die van de FIOD. Beide werken op een themagerichte en/of projectmatige basis. Dit heeft als resultaat dat data en kennis de rode draad is voor het opsporen en bestrijden van witwaspraktijken. Momenteel richt het AMLC zich op de thema’s Concealed Assets, Financial Safety en Trade Based Money Laundering. Daaronder vallen weer subthema’s:
-
Concealed Assets
Binnen dit thema wordt er gekeken naar het doelbewust verbergen van crimineel vermogen. Dit kan van toepassing zijn op verborgen vermogen van Nederlanders in het buitenland en van het verbergen van vermogen van buitenlanders in Nederland.
-
Financial Safety
Dit thema heeft betrekking op de toestand van het Nederlandse financieel stelsel. Hierbij is de doorslag, hoe hoger de mate financiële veiligheid, hoe weerbaarder het stelsel bestand is tegen misbruik.
-
Trade Based Money Laundering
Dit thema is een complexe vorm van witwassen, in de kern wordt er gekeken naar het verplaatsen van crimineel geld wat gebruikt wordt binnen de Europese handel.